Het landschap heeft lange tijd de handel en bedrijvigheid op Veluwe beïnvloed. Zo werd er in de Middeleeuwen, ongeveer 1000 jaar geleden, ontdekt dat in de opgestuwde lagen ijzererts (klapperstenen) te winnen was. Er ontstond een grootschalige ijzerindustrie die op strategische plekken met schansen verdedigd werd.
Later werd ontdekt dat je op de Veluwe goed beken (sprengen) kan graven, waaraan je met watermolens, allerlei industrieën kan laten draaien. Van het malen van graan en het maken van papier tot het pletten van koper en het wassen van wasgoed. Het handelswaar moest natuurlijk ergens naar toe en werd via handelswegen onder andere naar de havens van Elburg en Harderwijk gebracht.
Na de industrialisatie werden de watermolens vaak omgebouwd tot fabrieken, maar ook nieuwe industrieën ontstonden, zoals het fabriceren van fietsen, met Sparta en Gazelle als bekendste merken.